Verslag van de motorreis door Sri Lanka

Koud en winters is het in Nederland als het aan de andere kant van de wereld heerlijk weer is. Waar dan? In Sri Lanka.
Organisator van avontuurlijke motorreizen Travel2Explore bleek een prachtige reis te hebben over dit schitterende eiland.
Dit schrijven ze er zelf over:

Met Travel2Explore naar de Parel in de Indische oceaan, Sri Lanka. Ergens in de Indische Oceaan ligt een eiland zo groot als Nederland en België samen, Sri Lanka. Een land dat binnen zijn landsgrenzen meer Unesco Werelderfgoed plekken heeft liggen, maar liefst acht, dan waar ook ter wereld. Een eiland met een zeer vriendelijke bevolking, met uitgestrekte natuurparken, met beroemde theeplantages, met grote kuddes olifanten en met voor de motorrijder prachtige, nog onontdekte wegen. Voeg dat alles samen en je hebt een geweldige motorreis voor de avontuurlijk ingestelde motorrijder.

Maar ja, een reis per motor is natuurlijk fantastisch, maar we willen ook wat van het land zien en daar de tijd voor nemen en hebben. Geen probleem, zo lieten de heren van Travel2Explore weten. De route kan worden aangepast en het is geen probleem om de reis met enkele dagen te verlengen. Kunnen we een extra dagje shoppen, een dag aan het strand liggen en een dag walvissen spotten. Heerlijk. Dit is pas echt vakantie.

Op donderdag 15 januari gaan we met een groep van 9 vrienden (en vriendinnen) op pad. Met een Airbus 380 via Dubai naar Colombo. Midden in de ochtend kwamen we aan het was er al gelijk lekker warm. Best lekker na de regen en de storm in Nederland. De gids stond al klaar en met een geaircoed busje togen we op pad naar het eerste hotel. Een paradijselijk hotel met zwembad en aan het strand. Palmen en autochtone yogagroepen op het strand. Dit is het echte genieten. Leve Negombo.

De volgende dag maken we kennis met de motoren. Eéncilinder Japanners met een kwart liter inhoud. Jeetje, wat zijn die dingen hoog. Voor sommigen moet de motor verlaagd worden, maar dat is twee tellen werk voor de monteur die ons komt vergezellen. Tevens een stoere Jeep met dito chauffeur.
Op naar Puttalam, een historische stad aan de westkust. De tocht leidde ons langs authentieke vissersdorpen, waar we de vismarkt al van verre konden ruiken. Guesthouse was weliswaar basic, maar het was voor even genoeg. Eten konden we er wel, maar het leek ons veel leuker om een Tuktuk te nemen naar het dorp. Daar aten we in een echte "inheemse" tent. Hoop herrie, knetterdruk en een waar rariteitenkabinet aan bezoekers. Velen hielden hun bromfietshelm op als ze aan de counter hun bestelling deden. Maar zoals we mochten verwachten, was het eten overheerlijk. Biertje erbij?

De dag erop naar Mannar. Dat ging deels door de jungle met de kans dat we wilde olifanten zouden treffen. Het terrein, want weg kun je het niet noemen, was wel erg bumpy. Toch hebben enkelen van ons het geluid van olifanten gehoord, maar helaas niet gezien. Wel allerhande bontgekleurde vogels en vlinders. Niettemin de moeite waard, want we keken onze ogen uit. Aan het eind van de dag een guesthouse met minimale voorzieningen, maar s avonds smaakte het eten in de geïmproviseerde gymzaal heerlijk. 's Nachts alles naar binnen halen, want anders gaan de apen ermee spelen......

De dag erop richten we onze steven op Jaffna, een plaats in het noorden van Sri Lanka. Maar voordat we de tocht echt gaan beginnen bezoeken we nog een fort dat ooit rond 1619 door de Nederlanders van de VOC gebouwd is. Hier en daar vonden we nog Nederlandse opschriften. Het is een vierkant bastion met een binnenplaats waaromheen diverse verblijven en zelfs een kerk zijn gelegen. Wel als ruïne, dus het is even puzzelen.
Daarna op pad maar niet voor lang, want even verderop staat een eeuwenoude boom met een omtrek van ruim 19 meter. Evenwel werden we ook afgeleid door het speelkwartier van het aanliggende schooltje waar we hartelijk werden uitgenodigd om wat te babbelen met de kinderen. Ach, en we hadden toch altijd ballonnen bij ons en werden zo al snel vrienden.
Vertrekken, tanken en we gaan weer en dat betekende een prachtige route over dijken langs uitgestrekte meren en een tijdje rammelen en stuiteren over bumpy roads. Voor sommigen the limit en dat hebben we aan de locale gids laten weten. Hij zou voortaan een betere balans zoeken tussen asfalt en hobbelwegen. Na een flink stuk asfalt komen we tenslotte in een schitterend hotel. Wifi, airco, warme douches en heerlijk eten. Bijzonder is dat het een Italiaans eigenaar heeft die de pizza in Jaffna aan het introduceren is. We komen weer helemaal bij.

We raken gewend aan het tempo. Om half zeven op, om half acht ontbijt en om half negen op de motor. Werkt prima. Vandaag (20 januari is het inmiddels) leidt de tocht naar Anaradhapura. Maar eerst bezoeken we te voet de plaatselijke tempel van Jaffna. Een indrukwekkend en beeldschoon bouwwerk waar de mannen slechts met ontbloot bovenlijf de tempel mogen betreden. De lokale gids weet nu een schitterende route die ons leidt over smalle wegen met weinig verkeer. Enige dagen voordat wij hier waren had de Paus Sri Lanka bezocht en overal langs onze route herinnerden grote spandoeken, ornamenten en opgepoetste kerken aan zijn recente bezoek.
We komen door kleine dorpen en zien het echte Sri Lanka. Veel palmen, bananenbomen, hutten van bamboe waar de schotelantenne overigens nooit ontbreekt. Stukjes asfalt met offroad wisselen elkaar af. Eindpunt is een leuk, prachtig in het centrum gelegen, hotel. Een joekel van een balkon, waar ons biertje weer heerlijk smaakt. Wij verwonderden ons over de grote scholen vliegende honden over de stad tijdens de schemering.

Een tuktuk is zo geregeld en daarmee gingen we de volgende ochtend de tempel van de boom bezoeken. Een devote plaats waar een boom groeit die van een tak is die aan de boom zat waaronder Boeddha verlichting ontving. Tja, het geeft duizenden bezoekers die offeren in deze tempel levenskracht. Daarna is het weer tijd voor de rit naar Polonnaruwa. We kunnen kiezen tussen de Sigiriya en een stuk offroad. Ikzelf ben meer van de bergen dus ik beklom de Doommountain, want de opnamen voor de film "Indiana Jones and the temple of doom", is daar opgenomen. Met de trap naar duizelingwekkende hoogte en met pijn in je knieën weer terug. Het was prachtig. Vandaar naar een ecologisch guesthouse met dito prijzen voor het eten en de drank. Daar troffen wij de rest van de groep, die tijdens het offroaden een kudde van 13 wilde olifanten was tegengekomen. Iedereen blij dus. Drankje, koude douche en daarna slapen.

Laatste van deze zes achtereenvolgende rijdagen. De tocht naar Kandy. De lokale gids vertelde ons over het oude koninkrijk van Polonnaruwa en wij hebben de stichter ervan als beeld uit steen gehouwen mogen bewonderen onderweg. De rit die daarop volgde was tot nu toe de mooiste die we gehad hadden. Het begon al snel toen we stopten waar enkele forse varanen op de weg liepen. Beste joekels van een meter of twee lang. Beetje scary zelfs. Stukjes offroad, asfalt, gravel en door de jungle, authentieke dorpen, huizen, tempels en langs vele meren en erg veel en mooie theeplantages. Werkelijk prachtig. Het laatste stuk naar Kandy is het verkeer weer drukker, soms chaotisch en luidruchtig. Heeft wat weg van de chaos die in India zo gebruikelijk is en we in Sri Lanka tot nu toe nog niet zijn tegengekomen. En ja hoor, hier is het hotel waar we twee nachten verblijven. Bijna paradijselijk gelegen aan de rivier met palmen omringd. Heerlijk terras en een zwembad. Wifi en warme douches; we hebben niets meer te wensen. Dagje vrij om te shoppen en de gezellige en drukke stad te bezoeken. Tempel van de tand (van Boeddha) met grote menigte devote gelovigen die een offer kwamen brengen, bezocht en de overdekte markt leeggekocht...... (de dames in het gezelschap dan, hè). In een koloniaal aandoend hotel, op aanraden van een beroemde reisgids, geluncht. Zat er stikvol westerlingen!.

Vandaag, 24 januari rijden we naar Nuwara Eliya, een in de bergen gelegen dorp. De gids leidde ons langs de door ons zo geliefde smalle weggetjes naar een prachtige waterval, waar we de lunch gebruiken. Heerlijk op het terras met een bord curry en naar de waterval kijken; hoe mooi wil je het hebben. Met volle maag en lege blaas weer op de motor door eindeloze theeplantage en zwermen theepluksters. Ceylonthee is immers een nationaal product. Half de middag stopten we bij een theefabriek om ons het procedé van drogen en sorteren van de thee door een jongedame met een ontwapenende schoonheid te laten uitleggen. Het viel niet mee om de aandacht bij de thee te houden.
Aan het eind van de dag reden we door de mistige bergen naar het hotel. Het was er zowaar fris in plaats van de gebruikelijke vochtige dertig graden zoals in de rest van Sri Lanka. Leuk dat Travel2Explore zo'n gevarieerde rit kan aanbieden.

Oef, dat was even schrikken. Het regende en dat hadden we nog niet gezien in Sri Lanka. De gids vertelde ons dat dit een vochtig deel van het eiland was en dat we na een paar uur weer in een droog gebied zouden komen. Maar zover was het nog niet, want het was knap koud en de wegen waren spiegelglad, even geconcentreerd rijden dus. De regen ging over in mist, maar het bleef koud en glibberig. We splitsten de groep waarbij één deel offroad ging en de anderen een oud engels landgoed bezochten. De tocht die daarna volgde ging volledig verloren door de regen en eigenlijk waren we blij toen we eindelijk weer in de warme en droge regio belandden.
Er deed zich nog een grappig incidentje voor. Op de weg door het ruige gebied naar Yala stond een olifant. Bekend is dat deze dieren zeer intelligent zijn en dat was te merken. De olifant gedroeg zich als een levende slagboom bij een tolpoort. Kwam er een auto aan, dan deed hij een stapje naar voren en hield met zijn slurf de auto aan. Eerst een banaan of zo en dan stapte hij naar achteren en mocht de auto doorrijden. Wie niet betaalde, moest echt even wachten. En met zijn indrukwekkende drie meter hoogte had geen chauffeur trek om toch door te rijden. Geniaal!!
Daardoor kwamen we toch wat later in onze overnachtingsplaats in Yala aan. Ook een soort van ecolodge met verder goede voorzieningen en een prima keuken. Heerlijke warme douche en koud bier. Vroeg naar bed want de volgende dag om vijf uur aantreden voor de safari. We zaten namelijk dichtbij een uitgestrekt wildreservaat.

De volgende dag was weliswaar een rustdag, maar we moesten voor dag en dauw op als we mee wilden op safari. En dat wilden we natuurlijk allemaal. De speciaal gebouwde jeeps stonden al klaar en na een goed uurtje rijden kwamen we in het reservaat. Waren we aanvankelijk al blij met alle mooie vogels, pauwen, waterbuffels en wilde zwijnen, na enige tijd werden de chauffeurs ingeseind om naar een bepaalde boom te rijden. Zelf zouden we het nooit gezien hebben, maar toen de chauffeur ons er op wees, zagen we in de boom een luipaard. En niet zo'n kleintje ook, maar met zo'n perfecte schutkleur die het fotograferen bijna onmogelijk maakte. Indrukwekkend!! Maar er was meer. Boven ons kwam een enorme adelaar overvliegen en in een moeras verderop lag een krokodil. We reden nog wat rond totdat we aan de rand van een meertje een olifant op zijn dooie akkertje zagen ontbijten. Trok een paar vierkante meter gras uit de grond en propte dat met zijn slurf in zijn bek. Prachtig eigenlijk om deze dieren in hun natuurlijke habitat te zien. Een schitterend alternatief voor een dierentuin. De mensen komen er niet alleen om de dieren te zien, maar de dieren komen ook naar de mensen kijken. Helaas waren de sporen van de Tsunami van 2004 ook nog zichtbaar. Niettemin een prachtige dag.

Vandaag, de 27e, gaan we op weg naar Mirissa. De meest zuidelijke badplaats van het eiland. De route is kort en eigenlijk wat saai. Veel asfalt en veel en druk verkeer. Maar ja, anders kun je er niet komen. Gelukkig komen we daardoor vroeg aan in een leuk hotel vlakbij het strand. Kamers betrekken, zwembroek aan en naar het strand. Beetje Bounty want wit zandstrand, palmen en ligstoelen met een cocktailtje. Heerlijke temperatuur van het zeewater en echte surfgolven. Hier ergens moet het paradijs liggen.

Maar ook nu staan we vroeg op, want we gaan walvissen spotten. Tuktuk naar de haven waar de speciale boten klaarliggen. We zijn niet de enigen en dat is een understatement. Massaal vaart de vloot uit op zoek naar de zeezoogdieren. De schippers staan voortdurend per mobieltje met elkaar in contact en daarom koersen alle boten in dezelfde richting als er een walvis is gespot. En ja hoor, zo nu en dan zagen we een enorme rug boven water uitkomen en even later zagen we een walvis spuiten. Goed opletten want het gaat allemaal erg snel, maar het is fantastisch om zulke beesten van betrekkelijk dichtbij te zien. En hier en daar nog een paar dolfijnen ook. Uiteraard brengen we de middag erna en zelfs de volgende dag aan het tropische strand door. Enkele dapperen uit onze groep gaan naar Galle, want ook daar is veel te zien, o.a. ook een restant van een VOC-vestiging.
In de avonden aten we in een restaurantje aan het strand waar we onze eigen vis konden uitzoeken uit een bak met ijs.

Na twee dagen luieren en zonnen vandaag weer op de motor voor de laatste vier rijdagen. Naar Sinharaja vandaag. Tja en toen sloeg de pech toe. Eén accu gaf volledig de geest en dan is het lastig starten zonder kickstarter. En ook nog eens de eerste lekke band. Overigens verwonderlijk want we hadden best slechte stukken en de motoren gaven geen krimp. Uitgerekend op een asfaltweg krijgen we een lekke band. Kost ff tijd en we konden weer verder. Mooie slingerwegen door de bergen en door pittoreske dorpjes. Aan het eind een prachtig hotel met schitterend uitzicht over de heuvels.

We zitten inmiddels in het zuidelijk deel van Sri Lanka en daar is van alles te zien. De gids doet zijn uiterste best om ons zoveel mogelijk te laten zien. Vandaag, de 31e, gaat de rit naar Kuruwita. Ook weer over slingerpaadjes en smalle weggetjes; we kunnen er niet genoeg van krijgen. We komen aan in een hotel dat ligt aan de voet van de Minara waterval. Een soort natuur- en zwembad annex waterpark. Veel jonge locals ontmoeten elkaar daar als een soort van huwelijksmarkt en we kunnen er heerlijk zwemmen. lekker water in een paradijselijke omgeving. Hotel is eenvoudig en we merken dat de door ons bestelde maaltijden door een bromfietskoerier van de Sri Lankese Thuisbezorgd.sl worden gebracht. Haha.

De volgende dag op weg naar Kitugala. Ligt aan een rivier waar we bovendien kunnen raften. Helaas weer een lekke band, maar de tocht was weer adembenemend mooi. Aangekomen in de bedoelde accomodatie ging het even mis, want er was kennelijk iets niet goed gegaan met de boeking. Daarom maar even bij de buren gekeken en dat bleek een gouden greep. Achteraf wel zo'n beetje de mooiste overnachtingsplaats van de hele reis. Op de schuine oever van de rivier waren ruime hutten gebouwd met een vlakke vloer voor de bedden, maar om naar de badkamer/toilet te gaan, moest je een trapje af. De hutten hadden aan de voor- en zijkanten een wand, maar naar de rivier waren de kamers helemaal open. Een soort overdekt balkon, maar je kon dit weer afsluiten met een bamboegordijn. Aangename bijkomstigheid was de beeldschone gastvrouw. Diner was in buffetvorm en ook hier smaakt het bier weer prima. De nacht werd onderbroken door toiletbezoek want wat wil je als je naast een snelstromende rivier slaapt.

Alvorens het laatste stukje naar Negombo af te leggen, gaan we nog raften in de ochtend. Jeep gestart met de opblaasboot er op en de "stuurmannen" mee. Leuke stukjes voor de toeristen. Niet zwaar en eigenlijk niet echt gevaarlijk. Gewoon genieten dus.
na afloop douchen en dan de laatste rit. Beetje routinerit maar ja, we hadden echt wel heel veel gezien in deze drie weken. Terug in het hotel in Negombo. Nog anderhalve dag luieren en zonnen aan het strand want morgenavond gaan we alweer naar het vleigveld voor de terugreis.
We genieten er nog even van. Laatste souvenirtjes, wasjes doen, laatste srilankese centen opmaken, laatste etentjes samen.